10 jaar T-Day: Simon

Voor de gelegenheid van 10 jaar T-Day spraken wij met drie trans en non-binaire
personen. Over wat T-Day betekent voor hen, over hun persoonlijke ervaringen, hun
activisme en nog zoveel meer. Lees hier het verhaal van Simon.
Wie ben je?
Mijn naam is Simon Backelmans, voornaamwoorden hij/zijn en die/hun. Ik ben 50 en heb een gezin met twee, intussen volwassen, kinderen. Ik ben in 2019 gestart met mijn transitie en dus het perfecte voorbeeld om aan te tonen dat transitie niet enkel iets is voor jonge mensen. Dus laat me aub meteen al een keer zeggen: ‘Je bent nooit te oud om in transitie te gaan’.
In welke organisatie ben je actief?
Sinds een aantal jaren ben ik flex-vrijwilliger bij Het Roze Huis in Antwerpen. Ik help bij losse activiteiten en eigenlijk overal waar ze me nodig hebben. Ben ik niet nodig, dan vind je me zeker in de bibliotheek van het Roze Huis*. Heerlijk vind ik die!
Daarnaast heeft de onnavolgbare Maggy Doumen me ook overtuigd om me in te zetten bij De Rainbow Ambassadors. Dat is een groep geëngageerde vrijwilligers die professionele seniorenzorg en mantelzorg stimuleren om een actief LGBTI+ beleid te voeren. Ze organiseren infosessies en vormingen voor zorgprofessionals en studenten zorg- en verpleegkunde.
Nu, Maggy heeft daar niet veel moeite voor moeten doen, hoor. Ik werk zelf in een psychiatrisch ziekenhuis op de afdeling gerontopsychiatrie. En in tegenstelling tot wat veel mensen schijnen te denken, zijn er óók binnen de huidige generatie senioren LGBTI+ personen. Vroeger herkende ik die mensen niet. Ik was er ook niet meer bezig. Dankzij mijn werk bij de Rainbow Ambassadors én mijn eigen ervaringen, zie ik ze wel! En kan ik op hun aanwezigheid inspelen.
Onlangs vroeg mijn afdelingshoofd of ik zou willen fungeren als referentiepersoon LGBTI+ binnen de zorggroep. Ik ben daar super enthousiast over. In die functie kan ik immers het LGBTI+ beleid mee uitstippelen, medewerkers van informatie voorzien of doorverwijzen naar de juiste instanties. Maar ik wil ook proactief aan educatie doen: wat is een trans persoon? Wat kan een transitie lichamelijk tot gevolg hebben? Waarop letten in je communicatie? En hoe zit dat met de lichamelijke verzorging?
*De Holebibib, Draakstraat 2, Antwerpen
Ik ben benieuwd naar je verhaal, Simon. Je bent pas op latere leeftijd uit de kast gekomen en gestart met je transitie. Vertel daar eens over.
Ik kan daar zelfs een datum opplakken: 3 december 2019 startte ik mijn transitietraject met een eerste gesprek bij de psycholoog. Nog maar enkele weken daarvoor, na jaren van ups en downs, kwam er plots een moment dat ik wist ‘dit gaat niet meer. Ik moet íets doen’. En dat iets was contact opnemen met het Roze Huis in Antwerpen. Dat was het enige dat ik kende. Ik weet nog dat ik daar binnen kwam en zei ‘het gaat niet meer’. Gelukkig heb ik daar een fantastische dame getroffen. Eentje die meteen het roer in handen nam. Dat ene gesprek heeft voor mij echt alles veranderd. Het was de allerbeste stap die ik ooit heb genomen. Het was de stap die alles in gang heeft gezet.
Je zegt ‘het gaat niet meer’. Wat is er dan allemaal aan vooraf gegaan?
Waar zal ik beginnen? Nu, allereerst, ik pas niet zo in het beeld van het meisje dat altijd al een piemeltje had willen hebben. Of het meisje dat zei ‘ik wil een jongen zijn’. Bij mij was die taal er niet. Verwarring wel. Heel veel verwarring. Niet weten wat er allemaal gebeurde. Bijvoorbeeld op acht jaar van mijn veilig wijkschooltje moeten verhuizen naar de grote school…die een aparte jongens- en meisjesafdeling had. Tot dan was er op school nooit onderscheid tussen jongens en meisjes geweest en opeens werden we binair gesplitst. Ik vatte dat niet. En ik vond totaal mijn weg niet in die binaire wereld tussen de meisjes. Ik was verward, sliep niet meer en kreeg zenuwtrekken. Ik ondervond ook dat ik bij die nieuwe meisjes ‘een rare’ werd genoemd. En ik wist niet waarom. Blijkbaar voelden zij iets wat de kinderen uit mijn vertrouwde wijk heel gewoon vonden, omdat ik samen met hen was opgegroeid.
Mensen die dit lezen, gaan zich afvragen waarom je dan zó lang hebt gewacht om de stap te zetten?
Tussen díe verwarring en weten wat er echt aan de hand is, ligt natuurlijk een diepe kloof. En misschien zijn er wel momenten dat ik besefte dat die binaire wereld niets voor mij was, maar dat is allemaal niet zo makkelijk. Zo waren mijn tienerjaren vrij turbulent. Mijn ouders zaten in een vechtscheiding en als puber ga je dan nogal makkelijk denken ‘ik kan hier nu echt niet met mijn probleempjes aankomen’. Dus heb ik nooit verteld over wat er in mijn hoofd omging. Je moet ook onthouden dat dit de jaren 70-80 zijn. Er was binnen ons gezin, zoals binnen heel veel gezinnen, geen praatcultuur. Dus stopte ik alles netjes weg. Wat dan weer heel erg omsloeg in het verwaarlozen van mijn lichaam: niet verzorgen, veel drinken, ongezond eten… Dat lichaam interesseerde mij gewoon niet, omdat ik voelde dat het toch helemaal niet klopte met wie ik was.
Maar je bent dan nog altijd maar 20 jaar!
Tja… hoe ging dat bij zoveel mensen van mijn generatie. Je gaat het leven leiden zoals het hoort. Trouwen en kindjes. En het was die moederrol die me veel houvast heeft gegeven. Het gaf mij een manier om te kunnen ‘vrouw zijn’. Ik denk niet dat ik echt wist hoe dat moest. Maar moeder zijn, dat was duidelijk. Dat was nuttig. Opeens had ik een onderwerp om bij de vrouwen aan te sluiten. En dat heeft echt heel lang geholpen. Eindelijk had dat vrouwelijk lichaam een nut. En dat had ik nog nooit zo gevoeld.
Tot je dan toch zegt ‘het gaat niet meer’. Wat was dan de trigger?
Kleine kindjes worden groot. En ooit word je als moeder minder nodig. Of laten we zeggen ‘je rol wijzigt’. Op een bepaald moment word je teruggeworpen op je kernpersoon. En dan gaan oude wonden weer open. Dus op het moment dat beide kinderen (toevallig) samen op Erasmus waren, heb ik besloten om tijd voor mezelf te nemen en om mijn probleem tot op de bodem uit te zoeken. Én aan te pakken. Daar begint het verhaal van het Roze Huis. De rest is geschiedenis.
Mag ik zeggen dat je in enkele jaren een hele lange weg hebt afgelegd?
Jij mag dat 😉 Maar die hele weg was één grote verrijking. Niet altijd makkelijk, laat dat duidelijk zijn. Je staat immers niet alleen in het leven. Er moeten heel veel mensen wennen aan jouw ‘nieuwe identiteit’. Maar het heeft mij zóveel gebracht. Ik ben nu de eerste om te zeggen: ‘in transitie gaan is geen keuze, het is een noodzaak’.

Verklaart dat hele lange proces jouw intense betrokkenheid van vandaag?
Waarschijnlijk wel. Weet je, de trans community heeft mij veel gegeven. Ook weer via Maggy, altijd Maggy, kwam ik in contact met T-Day. En het is daar dat ik definitief voelde: ‘hier moet ik zijn. Hier hoor ik thuis’. Hoewel ik daar echt wel met bibberende beentjes naartoe ging, hoor. Het was echt een gi-gan-ti-sche drempel om daar in m’n eentje binnen te wandelen. Ik heb heel lang het gevoel gehad dat ik een zeldzaam, uniek exemplaar was. Maar daar bleek dus van niet.
Sinds dit jaar werk ik ook zelf mee aan T-Day. Ik stond onder meer in voor de buddywerking. Daarbij nemen meer ervaren bezoekers een nieuwkomer onder hun hoede, om de drempel voor hun eerste T-Day te verlagen. En het is echt geweldig hoe vaak ik ook van nieuwe deelnemers hoor ‘dit heeft echt deugd gedaan. Ik ga hier helemaal anders buiten dan dat ik binnen ben gekomen.’ Dat is voor mij T-Day. Een vliegende start. Een veilige haven. Eén dag in het jaar de absolute zekerheid en geruststelling dat niemand je vreemd bekijkt om wie je bent.