Rainbow Europe Index 2020

Kaart van Europa met daarop de resultaten van de Rainbow Europe index 2020

Net als vorig jaar staat België opnieuw op de tweede plaats in de Rainbow Europe Index. Op vlak van gelijke rechten van LGBTI-personen scoren we dus goed. Een aanvullende Europese studie toont echter aan dat deze juridische vooruitgang zich niet vertaalt in een beter welzijn bij Belgische LGBTI-personen.

België stagneert

Jaarlijks publiceert ILGA-Europe, de Europese belangenverdediger van holebi’s, trans en intersekse personen, een Rainbow Index die alle Europese landen rangschikt naar hoe holebi-, transgender- en interseksevriendelijk hun wetgeving is.

België blijft ook dit jaar op de tweede plaats in de ranking met 73 procent. Malta blijft met 89% de onbetwiste leider. Opvallend is dat de Belgische score stagneert terwijl andere landen erop vooruitgaan. We delen dit jaar de tweede plek met Luxemburg. Denemarken en Noorwegen, met beiden 68%, zitten ons op de hielen.

We roepen de beleidsmakers op om niet op hun lauweren te rusten. Stilstaan is eigenlijk een beetje achteruitgaan. België moet haar voortrekkersrol op vlak van LGBTI-rechten in Europa blijven opnemen. Anders dalen we volgend jaar in de ranking.

Beperkte maatschappelijke aanvaarding

2.686 Belgische LGBTI’s namen deel aan een Europese studie van het Bureau voor de Grondrechten. De resultaten werden naar aanleiding van IDAHOT bekendgemaakt en tonen aan dat de LGBTI-rechten in ons land op papier wel oké zijn maar dat er in de realiteit nog veel werk aan de winkel is op vlak van maatschappelijke aanvaarding van LGBTI-personen.

42% van de respondenten gaf aan aan dat ze het voorbije jaar lastiggevallen zijn omwille hun seksuele oriëntatie, genderidentiteit en/of -expressie. Meer dan 60% durft zichzelf niet te zijn in de publieke ruimte (bv. openbaar vervoer, parkeerplaats…) uit angst om bedreigd te worden, een op de drie vermijdt om die reden zelfs bepaalde plaatsen. Minder dan een op de drie is volledig out op de werkvloer.

Deze cijfers tonen aan dat we als LGBTI-personen dagelijks blijven botsen tegen vooroordelen. We maken discriminatie en geweld mee en voelen ons daardoor minder goed in hun vel. Twee op de drie durft zelden of nooit hand in hand over straat lopen met hun partner.

Dat de angst voor incidenten niet ongegrond is, werd recent nog eens duidelijk. Op 12 mei werd onder meer de coördinator van Arc-en-Ciel Wallonie het slachtoffer van homofobe en transfobe agressie. Dat gebeurde in het station Luik-Guillemins terwijl ze beelden maakten voor een fotoproject voor The Belgian Pride. Arc-en-Ciel Wallonie plaatste er een nieuwsbericht over op hun website. Daar vind je ook de Facebookpost van Tom, de coördinator, die beschreef wat er precies gebeurde. Er werd een klacht ingediend bij de politie van Luik.

Çavaria focust op welzijn

We focussen de komende jaren op het verhogen van het welzijn van LGBTI-personen in het gezin, op de werkvloer en in het onderwijs. Daarnaast willen we in de toekomst ook nauw samenwerken met de welzijns- en gezondheidssector. We willen de gender- en heteronormen doorbreken en zo bijdragen aan een genderinclusieve samenleving met een verhoogde maatschappelijke aanvaarding. Als we ons als LGBTI’s aanvaard voelen op het werk, in de klas of door de samenleving, dan heeft dat een positieve impact op ons welzijn.

Er is het hele jaar nood aan solidariteit van de samenleving en de beleidsmakers. Iedereen kan een LGBTI-bondgenoot zijn door aan te tonen dat je ons accepteert, door te reageren als je getuige bent van discriminatie van een LGBTI-persoon of door LGBTI-organisaties te steunen. Zo zorgen we er samen voor dat België niet enkel op papier scoort met een sterk wettelijk kader voor LGBTI-rechten, maar dat het ook in de praktijk scoort met een beter welzijn en een hogere weerbaarheid bij LGBTI’s.